Vader: “Ik heb mijn vrouw leren kennen op het station in Deventer. Ik moest daar iets naartoe brengen voor mijn werk. Op het station kwam een jongetje naar me toe. In het Duits vertelde hij me dat zijn zus mij wel leuk vond. Daar zag ik mijn vrouw voor het eerst. Ze was toen vijftien. Ik was een paar jaar ouder.” Dochter: “Mijn moeder komt uit Berlijn. De jaren na de oorlog waren daar ontzettend zwaar. Berlijnse kinderen mochten met de trein op vakantie naar Nederland, om hier aan te sterken. Mijn moeder en haar broertje waren hier voor zo’n vakantie, toen mijn moeder mijn vader ontmoette.” Vader: “We hebben eerst een paar jaar op en neer geschreven. Ik weet nog dat ik in mijn eentje bij haar familie op bezoek ging voor de kerst. Mijn vader vond het maar niets. Volgend jaar zijn we zestig jaar getrouwd.”